De naam nasi goreng komt uit het Indonesische en Maleisische taalgebied: “nasi”, dat gekookte rijst betekent, en “goreng”, dat gebakken betekent. Het refereert specifiek aan de Indonesische varianten. Nasi goreng wordt in Indonesië gezien als nationaal gerecht.
- 2 personen
- 30+ minuten
- hoofdgerecht
Ingrediënten
- 150-200 gram zilvervliesrijst
- 400 gram groente zoals ui, prei, witte kool, taugé
- ½ rode peper
- 150 gram kipfilet
- 2 eetlepels olie
- ½ theelepel gemalen laos
- ½ theelepel gemberpoeder
- ½ theelepel koenjit geelwortel (kurkuma)
- ½ theelepel koriander (ketoembar)
- 1 teentje knoflook
- 2 eetlepel ketjap manis
- 1 kleine komkommer
- 2 eetlepels azijn
- 4 takjes peterselie
Bereiding
- Kook de rijst gaar volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking. Laat de rijst afkoelen.
- Was de groente en snijd ze in stukjes.
- Maak het stukje peper schoon en snijd het heel fijn.
- Snijd de filet in blokjes.
- Verwarm de olie in een braadpan of wok en bak hierin het vlees in een paar minuten gaar en bruin.
- Voeg de groente zoals ui, prei en kool toe met de specerijen en roerbak dit kort mee. Pers het teentje knoflook er boven uit.
- Meng de rijst er door en laat het gerecht al omscheppend heet worden. Voeg de laatste minuut eventueel taugé toe.
- Maak de nasi op smaak met een beetje sojasaus.
- Was de komkommer, halveer hem in de lengte en snijd de helften in smalle repen. Maak de komkommer op smaak met wat azijn en kleingesneden selderij.